Exact acht jaar na het verschijnen van hun ultieme meesterwerk trekken de bandleden eind mei 2004 definitief de stekker eruit; Daryll-Ann is dus geschiedenis. Vijftien jaar ploeteren in de beperkte afzetmarkt die Nederland is. Pogingen om de vleugels uit te slaan over de landgrenzen mislukten jammerlijk, terwijl Daryll-Ann internationale allure bezat. De band heeft dit ruimschoots bewezen, middels een contract bij het Britse Virgin-label en door zowel met ‘I Could Never Love You’ als ‘Stay’ het predikaat single van de week bij de Melody Maker te verdienen. En natuurlijk vanwege de reeks schitterende platen die Daryll-Ann produceerde, met als hoogtepunt het monumentale Weeps.
Als in het voorjaar van 1995 Seaborne West, Daryll-Anns tweede, verschijnt, lijkt het de groep voor de wind te gaan; een Brits platencontract en voorprogramma van The Smashing Pumpkins op hun Engelse tournee. De band, dan bestaande uit Jelle Paulusma, Anne Soldaat, Jeroen Vos en Jeroen Kleijn, is enorm gegroeid sinds het debuut, is robuuster, geraffineerder geworden en ook de arrangementen van Paulusma en Soldaat verraden klasse en vernuft. Seaborne West wordt alom zeer goed ontvangen. Zoals zo vaak leiden goede kritieken echter niet tot hoge omzetten en dus wordt Daryll-Ann bij een bezuinigingsactie van Hut/Virgin bij het grof vuil gezet.
Daryll-Ann is dan terug bij af, maar weigert zichzelf op te heffen. Sterker nog; om de moraal te verhogen treedt Coen Paulusma, de tweelingbroer van Jelle, weer tot de band toe. Dit laatste blijkt een versterkend effect te hebben op de onderlinge samenhang tussen de bandleden, want hoewel vrienden, wrijvingloos zijn de verstandhoudingen binnen de band niet. Maar de revanchegevoelens overheersen en dus neemt de band in het korte tijdsbestek van elf dagen in de Concordia-studio in Weesp een serie nummers op onder leiding van Frans Hagenaars. Maar een platencontract heeft Daryll-Ann nog niet, dus zicht op de release van de opgenomen nummers hebben Paulusma en de zijnen niet. Aan het eind van 1995 heeft Darryl-Anns manager, Ferry Roosenboom, samen met producer Hagenaars een platenlabel opgericht: Electrolux. Het label tekent bands als Caesar, Slide (ex-The Serenes), Johan, Scram C Baby en 13 (ex-Fatal Flowers), maar Daryll-Ann is daar wonderlijk genoeg niet bij. Als Electrox onder druk van de gelijknamige stofzuigerfabrikant – ‘Nothing sucks like Electrolux!’ – in mei 1996 zijn naam verandert in Excelsior, blijken de eerste releases Caesars debuutplaat en Daryll-Anns Weeps te zijn.
Weeps – de titel zegt het al, ook al volhardt Jelle Paulusma dat het niets meer is dan een verbastering van Weesp – is het manifest van een band die is uitgehuild en die woede en verdriet opzij gezet heeft om artistieke wraak te nemen. Weeps is de ultieme wraak en Daryll-Anns grote bewijs van het eigen gelijk. Zestien nummers, 54 minuten en 35 seconden, diepgang, variatie en ruwe schoonheid; dat is Weeps. Maar meer nog; Weeps is een duizelingwekkende caleidoscoop, Weeps is vervreemdend, Weeps is zalig psychedelisch.
De openingsgitaarrif van ‘Tools R Us’ roept gelijk al Neil Youngs Crazy Horse in herinnering, hetgeen versterkt wordt door het nasale stemgeluid van Jelle Paulusma – hier is een band aan het werk die nadrukkelijk zijn invloeden etaleert. Wars van modieuze en opportunistische trekjes smeedt Daryll-Ann het typische melancholieke polder- en kustgevoel en de geraffineerde Westcoastsound aaneen. Folky elementen, Slauerhoff-idioom en de verbeelding van Ruysdael-luchten kenmerken de oer-Hollandse invloeden aan de ene kant, terwijl de logge gitaarsound en de fabuleuze samenzang refereren aan The Byrds, Moby Grape en Buffalo Springfield. Weeps is aldus een welhaast een perfecte hybride: een combinatie die meer is dan de som der delen. Daryll-Ann is nog verder gegroeid en gerijpt en is op Weeps een geoliede machine. De productie bezit een diep laag en een snerpend hoog, hetgeen fraai tot uitdrukking komt in spanningsvolle songs als ‘Springfever’ en ‘Ocean Drive’. In meesterlijke popliedjes als ‘Tremble Forte’, Mean Love’ en Summerdaze’ – met opnieuw een hoofdrol voor de harmonieën – zijn krakende geluiden en sfeervol gitaargerommel toegevoegd. Gitarist Anne Soldaat is zowel effectief als zeer inventief in zijn begeleiding alsook in de glasachtige solo’s. Jelle Paulusma toont zich een topvocalist; zijn zang is werkelijk fabelachtig. Het intieme ‘Elegy’ – het rustpunt van de plaat, waardoor de klasse van de overige nummers zich onnadrukkelijk aan de luisteraar opdringt – is een solonummer van Paulusma, opgenomen op een eenzame zolderkamer. Deze uitgesproken melancholie wordt nog eens benadrukt door het afsluitende ‘Dustyfied’, waarin de geest van Alexander Spence rondwaart. Weeps, per saldo, etaleert groei en wijsheid, logheid en diepgang. Weeps is een ruwe diamant en is ondanks het latere Happy Traum de sleutelplaat in de bandgeschiedenis, het scharnierpunt én de stroomversnelling in de muzikale ontwikkeling van de tandem Paulusma en Soldaat. Weeps biedt een verzameling sensationele rocknummers opgehangen aan compacte songstructuren, benadrukt door zangharmonieën die hun gelijke nauwelijks kennen. De samenzang van Jelle en Coen Paulusma en Anne Soldaat is op Weeps tot in de perfectie doorgevoerd. Het maakt het verschil tussen een topklasse album en een meesterwerk. Daarom is Weeps een mijlpaal in de vaderlandse rockgeschiedenis, onbetwistbaar.
Tools R Us / Always Share / A Proper Line / Mean Love / Sheeszalitch / Springfever / Scott And Lesley / Tremble Forte / Safe Beef / Elegy / April / Summerdaze / Rollecoaster / My Only World / Ocean Drive / Dustyfied
Geen opmerkingen:
Een reactie posten