vrijdag 20 juli 2012

The La’s | The La’s

Nazaten van de Merseybeat en wegbereiders van de Britpop, zo zouden The La’s getypeerd kunnen worden. Op het kantelmoment tussen de jaren tachtig en negentig; gemangeld tussen muzikale tijdperken en gevangen in het ontstane vacuüm waren daar opeens The La’s. The unieke La’s, met niets te vergelijken en tot op de dag van vandaag enig in zijn soort.
Lee Mavers, het warhoofdige brein van The La’s, gitarist Mike Badger en bassist John Power formeren de band rond 1983 in Liverpool, dan thuishaven van de tweede golf Merseybeat: Echo & The Bunnymen, The Teardrop Explodes en Wah! Heat. De eerste versie van The La’s wordt gemodelleerd naar zowel het voorbeeld van genoemde postpunkers als van The Beatles en The Hollies. The La’s bouwen een spraakmakende live-reputatie op; de combinatie van jengelende akoestische gitaren en kristalheldere samenzang op een rudimentaire skiffle-beat maakt de prille band tot de sensatie van Liverpool. Nog voor The La’s een platencontract wordt aangeboden schopt Mavers Mike Badger uit de band. Een eerste teken van Mavers voortdurende ontevredenheid over gitaristen en drummers, een probleem dat vooral in zijn hoofd zit. Als The La’s een contract hebben getekend met Go! Discs en de band gaat werken aan een debuutplaat wordt Mavers steeds gefrustreerder over de sound die maar niet op de prille demo’s wil lijken. Ondertussen schudt Mavers de ene briljante popsong na de andere uit de mouw: There She Goes, Feelin’, Son Of A Gun. The La’s hebben dan op kosten van het platenlabel een oud Victoriaans pand betrokken en geven zich volledig over aan marihuana en LSD. Het maakt de labiele – maar zeker ook geniale – Mavers nog obsessiever en wanhopiger op zijn zoektocht naar de sound die hij in zijn hoofd heeft. Hij eist van zijn producers dat de gitaren moeten klinken like the tree it was cut from. Bovendien kan geen enkele mengtafel zijn goedkeuring wegdragen omdat er geen origineel jaren zestig stof op zit. Mavers is compleet van de wereld. Gitaristen en drummers komen en gaan en drie pogingen om een plaat te op te nemen mislukken. Als er een mobiele studio wordt opgetuigd in de tuin van de ouders van de eigenaar van Go! Discs en producer Mike Hedges achter de knoppen van Abbey Road-apparatuur plaatsneemt, komt het geluid nog het meest in de buurt van de lo-fi-sound die Mavers in zijn hoofd hoort rondzoemen. In eerste instantie verklaart Lee Mavers dat de opnamen naar zijn tevredenheid zijn afgerond, maar als de resterende bandleden dan zonder Mavers op vakantie naar Hawaii gaan, trekt hij uit jaloezie zijn goedkeuring in. Nog steeds is er geen plaat die Go! Disc kan releasen, en bij de platenmaatschappij groeit het besef dat die plaat er ook niet zal komen.
Mavers’ aan paranoia grenzende perfectionisme werkt verlammend en houdt een release tegen. Ten einde raad wordt Steve Lillywhite ingehuurd om samen met Mavers aan de productie van het materiaal te werken. Hoewel Mavers het niet kan aanzien en wegloopt, weet Lillywhite toch van het aanwezige materiaal een complete plaat te maken. In oktober 1990, uiteindelijk, verschijnt dan op Go! Discs – onder protest van Mavers – het debuut The La’s. Een debuut dat wereldwijd zal inslaan als een bom. The La’s kent een daverende ontvangst; de muziekpers is zich totaal niet bewust van de in Mavers’ ogen falende productie. Dit doet feitelijk ook nauwelijks terzake want de debuutplaat is werkelijk overstelpt met fantastische popsongs. Popsongs die onbetwist deel uitmaken van de popgeschiedenis, want ook in retrospect blijft het merendeel – om niet te zeggen nagenoeg alle – van Mavers’ composities fier overeind. Het geniale aan klassiekers als Son Of A Gun en Timeless Melody is de ontwapenende simpelheid van de beat. Tokkelende akoestische gitaren en staccato slaggitaar bepalen de sfeer van de eenvoudig en overzichtelijk gehouden popsongs. Maar onder de simpele eenvoud bevindt zich de diepere laag van Lee Mavers’ donkere teksten die handelen over sterfelijkheid, zoals in Freedom Song: I’m not scared to die – God help me, of het vagevuur in Son Of A Gun: He’s alive and living in purgatory, dan wel Mavers’ vermeende heavy drugsgebruik in There She Goes: There she goes / There she goes again / Racing thru’ my brain. The La’s heeft slechts een speelduur van ruim 35 minuten, maar in dit tijdbestek is niet alleen de complete Liverpoolse popgeschiedenis geperst, er wordt tevens een blik gegund op de nabije toekomst van de Britpop. Dit maakt The La’s tot zowel revisionisten als futuristen. Tussen alle geëtaleerde geniale eenvoud is er tenminste één lied dat de tand des tijds hoe dan ook zal doorstaan: met There She Goes heeft Lee Mavers onsterfelijkheid bereikt.
The La’s gaan nog op toernee, maar al snel verbreekt Mavers de banden met de overige bandleden. Zijn frustratie over het mislukken van de debuutplaat – uiteindelijk omdat het niet mogelijk bleek de sound te kopiëren van de allereerste demo’s die op een walkman waren opgenomen – stort hem in diepe depressies en heftig drugsgebruik. Lee Mavers lijkt voorgoed verloren voor de popmuziek, ook al biedt de tekst van Timeless Melody een lichtpunt: The melody always finds me. Hopelijk treft Mavers nog steeds mooie melodieën in zijn hoofd aan; in lo-fi en van demo kwaliteit.

Son Of A Gun / I Can’t Sleep / Timeless Melody / Liberty Ship / There She Goes / Doledrum / Feelin’ / Way Out / I.O.U. / Freedom Song / Failure / LookiSonng Glass

Geen opmerkingen:

Een reactie posten