vrijdag 7 maart 2014

Red House Painters | Red House Painter (Rollercoaster)

In theorie is het debuutalbum van Red House Painters uit 1993 een zelfgetitelde dubbelaar met daarop 22 tracks en een speelduur van ruim twee uur. De werkelijkheid zit iets anders in elkaar. In 1989 richt de oorspronkelijk uit Ohio afkomstige singer-songwriter Mark Kozelek in San Francisco met kompaan Anthony Koutsos (drums) Red House Painters op. Aangevuld met gitarist Gorden Mack en bassist Jerry Vessel gaat Red House Painters optreden in de kleinere clubs van San Francisco en neemt talloze demo's op in de hoop een label te kunnen interesseren. Die wens wordt vervuld als Mark Eitzel van American Music Club – een grote invloed – het contact legt met een Britse journalist die op zijn beurt 4AD-baas Ivo Watts-Russell inseint.
Het eerste internationale teken van leven is het, zeg maar, debuut Down Colourful Hill, in augustus 1992 wereldwijd uitgebracht. Het zijn zes betoverende demo's, die de aandacht op Red House Painters moeten vestigen, een strategie die 4AD ook toegepast heeft op bijvoorbeeld The Pixies. Na deze introductie gaat Red House Painters in verschillende San Francisco-studio's gedurende negen maanden werken aan het werkelijke debuut. De regie en productie is volledig in handen van Mark Kozelek; hij werkt dag en nacht aan de enorme hoeveelheid songs die de band produceert. Uiteindelijk zijn er maar liefst 22 songs gereed voor release, maar er wordt besloten – vermoedelijk door Watts-Russell – dat dat in twee porties zal geschieden: op 24 mei 1993 verschijnt Red House Painters; op 18 oktober 1993 Red House Painters. Om de albums van elkaar te onderscheiden zijn de beide Red House Painters-platen op basis van hun hoezen inmiddels voorzien van de subtitels Rollercoaster en Bridge.
Rollercoaster – zo genoemd vanwege de afbeelding van de achtbaan van Coney Island – is van de twee met zijn 76 minuten speelduur het meest bijzonder, want een overdadig, van rijpheid lekkend album. Kozelek stuurt zijn muzikanten op avontuur; leidt ze langs afgronden en spelonken; gidst ze naar muzikale vergezichten. De muziek is traag, intens en van een diepgevoelde weemoed doortrokken. Red House Painters leunt sterk op de romantische, beklemmende rock van stadgenoten American Music Club, maar is evenzeer schatplichtig aan The Cure, The Smiths en de Britse shoegazers. Tergend langzaam trekt Kozelek – ontwapenende zang, meesterlijk akoestisch gitaarspel – de luisteraar mee het moeras in van verdriet, verlangen, liefde en pijn. 'Down Through' is een akoestisch pareltje, evenals 'Take Me Out', een gitaarballad met fraaie koorzang tegen een achtergrond van stadsgeruis. Een hoogtepunt is voorts het trieste 'Katy Song', dat sterk leunt sterk op de gitaarsound van The Smiths en een gelijksoortige mistroostigheid kent. De bloedrode tristesse van Red House Painters is uniek, betoverend en immer trager dan de menselijke hartenklop. De talloze hoogtepunten – ''Funhouse', 'Rollercoaster', 'New Jersey', 'Mother' – zijn even barok als verstild; even cerebraal als diep-emotioneel. Red House Painters (Rollercoaster) is een sadcore-meesterwerk; een knarsende katharsis. Zelf omschrijft Mark Kozelek het album en het scheppingsproces zo: 'If records were movies I guess this one would be my Apocalypse Now'

Grace Cathedral Park / Down Through / Katy Song / Mistress / Things Mean A Lot / Funhouse / Take Me Out / Rollercoaster / New Jersey / Dragonflies / Mistress (piano version) / Mother / Strawberry Hill / Brown Eyes

Geen opmerkingen:

Een reactie posten