Respectievelijk
16 en 15 jaar zijn Dwight Twilley en Phil Seymour als ze in 1967 met
elkaar bevriend raken. Gefascineerd door jaren vijftig rockabilly,
The Everly Brothers en de British Invasion-pop van The Beatles en The
Hollies, knutselen Twilley (gitaar, piano), Seymour (drums, bas) en
gitarist Bill Pitcock IV bij Dight Twilley thuis in Tulsa, Oklahoma
eenvoudige popliedjes in elkaar. Ze maken eerst school af en
ondernemen dan een aantal pogingen hun liedjes op de plaat te
krijgen. In 1974 trekt het bandje, Oister genaamd, naar Los Angeles,
maar de verlossing – een platencontract – komt uit woonplaats
Tulsa: Shelter Records. Dit label wordt gerund door de Brit Danny
Cordell en Leon Russell en biedt naast Oister onderdak aan onder meer
J.J. Cale en Tom Petty. Shelter dringt daarbij aan op een wijziging
van de bandnaam, zodat de debuutsingle 'I'm On Fire' in juni 1975 een
Billboard-hit wordt voor de Dwight Twilley Band. In het voorjaar van
1976 volgt de schitterende debuut-lp Sincerely,
die de Dwight Twilley Band neerzet als de kroonprinsen van de
radiovriendelijke powerpop – hetgeen overigens niet leidt tot een
noemenswaardig succes.
Een
nieuwe kans op een commerciƫle doorbraak wordt begin '77
getorpedeerd als tijdens de opnamen van de tweede langspeler Shelter
Records failliet gaat. Gelukkig voor Twilley en Seymour wordt het
label overgenomen door moloch Clive Davis waardoor Twilley
Don't Mind in
september 1977 een release krijgt op Arista Records. Twilley
Don't Mind is
wederom een schitterende plaat die gedomineerd wordt door messcherpe
liedjes die de tienerromantiek van de Amerikaanse jongeren bezingen.
IJzersterk is het nerveus-jachtige 'Looking For The Magic' – met op
gitaar Tom Petty en een hikkend zingende Twilley: Oh,
oh, oh, I'm / Looking for the magic in my eyes. Fantastisch
is evenzeer 'That I Remember' dat is volgestopt met rinkelende
Rickenbacker-gitaren, evenals de iconische powerpopper 'Trying To
Find My Baby'. Dwight Twilley waagt zich bovendien aan iets wat op
een ballad lijkt: 'Sleeping' – een geniaal staaltje van
melancholisch verlangen, gevangen in vier minuten superieure
popmuziek. Twilley
Don't Mind is
een welhaast perfecte popplaat, maar bij gebrek aan echte singlehits
helaas geen onverdeeld (commercieel) succes. Het leidt in 1978 ook
tussen een breuk tussen de jeugdvrienden Twilley en Seymour. Er gaat
een kruis door de Dwight Twilley Band – makers van twee prachtige
platen, die beide zonder twijfel powerpopklassiekers zijn.
Here
She Come / Looking For The Magic / That I Remember / Rock And Roll 47
/ Trying To Find My Baby / Twilley Don't Mind / Sleeping / Chance To
Get Away / Invasion
Geen opmerkingen:
Een reactie posten