donderdag 12 september 2013

Ernie Graham | Ernie Graham

Ernie Graham was de zoveelste loser in het immer groeiende leger van rock-‘n-rollmuzikanten die het niet hebben gemaakt. Maar ondanks dat was Graham een zeer getalenteerd muzikant die gerespecteerd werd door grootheden als Jimi Hendrix, Phil Lynott en Nick Lowe, en belangrijker nog, hij maakte een schitterende soloplaat. Ernie Graham uit 1971 heeft de tand des tijds in kwalitatieve zin zeker doorstaan, maar is voor de rest uit het collectieve geheugen van de pophistorie geschrapt. Net als zijn Ierse maker; verloren in de vergetelheid.
Belfast kende in de eerste helft van de jaren zestig van de 20e eeuw totaal geen rock-‘n-rollscene. De doorbraak van Van Morrison bracht hierin definitief verandering en dit was dan ook de reden dat Ernie Graham van leerling-automonteur switchte naar ritmegitarist in een popband. Tony And The Telstars speelden louter top-40-hits na en hadden de blik volledig op Engeland gericht. Na een korte stop in Engeland keerde Graham terug naar Ierland, naar Dublin, waar hij The People opricht. Ernie Graham ontmoet hier ook Hendrix-roadie Dave Robinson, die een grote rol zal spelen in Grahams leven. Door Robinsons bemoeienis tekent The People – omgedoopt tot Eire Apparant – bij het management van Jimi Hendrix, waardoor de band het voorprogramma gaat verzorgen voor Hendrix’ Britse en Amerikaanse tournee’s. Als gevolg waarvan Eire Apparant in 1968 onder productionele leiding van Hendrix himself in Amerika hun debuut opnemen. Een jaar later verschijnt Sunrise, een bluesrockplaat met psychedelische invloeden. Ondertussen is Dave Robinson teruggekeerd naar London en worden Ernie Graham en de zijnen uitgemolken door het management en op een zijspoor gerangeerd; het is het einde van Eire Apparant.
Robinson, daarentegen, weet zich binnen te werken bij de Londonse productiemaatschappij Famepushers. Naast onduidelijke en dubieuze praktijken runt Famespushers ook het management van Brinsley Schwarz, een taak die Dave Robinson op zich neemt. Robinson introduceert de naar Engeland uitgeweken Ernie Graham bij de club rondom Brinsley Schwarz en Help Yourself, de laatste een jonge rockband met groot potentiëel. Het van oorsprong Amerikaanse United Artists contracteert niet alleen beide bands maar ook de solo-artiest Ernie Graham. En zo neemt Graham in de Londonse Olympic Studios, met als begeleidingsband de gecombineerde Brinsley Schwarz/Help Yourself-club, in luttele weken gedurende de nachturen zijn soloplaat op.
Ernie Graham wordt gekenmerkt door een uiterst losse sfeer, waarvoor aanzienlijke hoeveelheden dope en drank verantwoordelijk zijn. Mellow – maar wel van het uiterst sfeervolle en doeltreffende soort – is de toepasselijke typering voor de fraaie en soepele rockmuziek die Graham en consorten voor het voetlicht brengen. Is ‘Sebastian’ nog een typerende folksong, die sterk refereert aan Bob Dylan, de daaropvolgende songs zijn beduidend complexer, donkerder en magischer. In trage en bedwelmende tempo’s brengt Graham niet alleen zijn elektrische gitaar in stelling maar ook die van Ian Gomm, Brinsley Schwarz, Malcolm Morley en Richard Treece. Met daaraan toegevoegd het rollende en soulvolle toetsenspel van Bob Andrews en de harmonievocalen van Gomm, Andrews en Nick Lowe. Rhythm and blues en slepende op Amerikaanse leest geschoeide rock vormen de ankers voor de groove die Graham met zijn muziekvrienden weet op te roepen. De prachtig broeierige gitaarlicks van Treece en Morley spelen een voorname rol op schitterende songs als ‘So Lonely’, ‘The Girl That Turned The Lever’ en ‘For A Little While’, terwijl ‘Sea Fever’ is opgebouwd rond in mineur getoonzette pianoakkoorden en ‘Don’t Want Me Around You’ gedomineerd wordt door het Hammond-spel van Bob Andrews. Het dreigende en onheilspellende ‘Blues For Snowy’ – een opzwepende blues – is echter het epicentrum van Ernie Graham; traag deinend en aangejaagd door messcherpe solo’s van de Help Yourself-gitaristen vormt deze intrigerende en inktzwarte rocksong hét hoogtepunt van Grahams voorbeeldige rockplaat. Ernie Graham is aldus qua sfeer en niveau op een lijn te stellen met het legendarische debuut van Brinsley Schwarz en roept op een ander niveau zelfs de herinnering op aan het werk van C,S,N&Y of aan de countryrockperiode van acid-heads The Grateful Dead.
Natuurlijk verkocht de lp bij zijn release in 1971 schrikbarend slecht, en dus liet Ernie Graham zich op bevel van Dave Robinson inlijven bij Help Yourself. Na één overigens prachtige plaat stapte Graham op en vormde hij het funkrock-collectief Clancy. Maar Clancy had het tij niet mee, want de punkrevolutie stond voor de deur. Ernie Graham – dan met onafscheidelijke whiskyfles – krijgt hier nog iets van mee als hij voor Stiff Records – mede opgericht door Dave Robinson – een single mag opnemen: de Phil Lynott-compositie ‘Romeo And The Lonely Girl’. Het is Grahams laatste opname, want de volgende tien jaar is hij werkzaam bij de Britse spoorwegen als steward op de Orient Express. Op 27 april 2001 overlijdt Ernie Graham aan een slopende ziekte, het gevolg van zijn nietsontziende levensstijl. Zijn nalatenschap voor de rockhistorie is een bescheiden klassieker.

Sebastian / So Lonely / Sea Fever / The Girl That Turned The Lever / For A Little While / Blues To Snowy / Don’t Want Me Round You / Belfast


Geen opmerkingen:

Een reactie posten