dinsdag 25 september 2012

Joe South | Introspect


Joe South was in zijn tijd een alleskunner. Op 12-jarige leeftijd had hij al een wekelijks radioprogramma bij een lokaal muziekstation. Hij speelde als sessiegitarist mee op platen van Aretha Franklin, Fats Domino en Simon & Garfunkel en was bovendien te horen op Dylans Blonde On Blonde. Hij produceerde en arrangeerde hits voor The Tams en schreef ook nog eens de wereldhit ‘Down In The Boondocks’ voor Billy Joe Royal, en dat alles voor hij zelf debuteerde in 1968.
Geboren in 1940 in Atlanta, Georgia, was Joe South al op jonge leeftijd verslingerd aan muziek. Hij was discjockey bij WGST, en zong en speelde countryliedjes en soms zelfs een eigen compositie. South trad daarbij op in de honky tonks in en om Atlanta en na zijn middelbare schooltijd ruilde hij in 1962 Atlanta in voor Nashville. Nadat de British Invasion in 1964 op gang kwam en South deze invloed samenvoegde met zijn voorliefde voor soul en countrypop, keerde hij terug naar Atlanta – Nashville had hem, in tegenstelling tot vele anderen, weinig goeds gedaan. South had echter wel in Nashville het kunstje leren beheersen: in Atlanta richtte hij zijn eigen productiemaatschappij op en stelde zichzelf ter beschikking als songschrijver, gitarist, arrangeur en producer. In al deze hoedanigheden was Joe South dan ook verantwoordelijk voor Billy Joe Royals wereldhits, ‘Down In The Boondocks’ en ‘Hush’. Hij reisde heen en weer tussen de Muscle Shoals-studio’s en Nashville en werd een veel gevraagd arrangeur en sessiegitarist. Hij ontwikkelde een karakteristieke gitaarsound die leunde op het dan hippe sitargeluid in combinatie met een Zuidelijk soulgevoel.
Als gevolg van de sessies met Bob Dylan voor Blonde On Blonde en de opkomst van de flower-power wordt South zich bewust van het belang van zelfexpressie en – minstens zo belangrijk – ontdekt hij marihuana en acid. De drive om radiohits te schrijven verdwijnt dientengevolge naar de achtergrond en nieuwe ambities dringen zich op. Via een bevriende lokale platenbons weet Joe South een solo-deal af te sluiten met het machtige Capitol Records. Zelfverzekerd en vol elan vat South het ambitieuze plan op een plaat te schrijven en op te nemen die de vergelijking aankan met instituten als Pet Sounds en Sgt. Pepper. Natuurlijk gaat dit South niet lukken, maar hij krijgt van Capitol steun en een ruim budget om een poging te wagen. In de studio van Postice Record Productions in Atlanta neemt South elf nummers op met zijn begeleidingsband The Believers, bestaande uit broer Tommy South (drums), zus Barbara South (toetsen) en vriend John Mulkey (bas). Naast deze band wordt een strijkkwartet ingezet, waarvoor South uiteraard de arrangementen schrijft.
Introspect – de kijk naar binnen – verschijnt in 1968 en is nauwelijks vergelijkbaar met enig ander werk. De verzameling popsongs, want catchy popsongs blijven het, hebben een traditionele Zuidelijke inslag, maar zijn tegelijk experimenteel van aard. Het experiment zit hem in de sound, die nog het best te omschrijven is als countrysoul, en die een kaleidoscoop is van stijlen als rock-‘n-roll, gospel, rhythm & blues en uiteraard country en soul. Het is een dan unieke en progressieve mix, maar is bovendien stevig geworteld in de tradities van het Zuiden. Niet alleen de vermenging van diverse stijlen – en Souths arrangeertechnieken – zijn bijzonder; ook zijn psychedelische gitaarsound, met gebruikmaking van tapevertraging, is uniek en uit duizenden te herkennen. Het beste voorbeeld hiervan is ‘Games People Play’, een klassiek popnummer met een evenzeer klassiek intro. ‘Games People Play’ is bovendien een soort van protest tegen leugenachtig gedrag: Games people play / Every night and every day now / Never meaning what they say. Het introspectieve van de plaattitel komt terug in ‘Mirror Of Your Mind’ waarin South met een diepe en donkere stem – als een ware singer-songwriter – croont: Who’s that fool looking back at you in the mirror of your mind. South keert zich in zichzelf en reflecteert zijn amoureuze leven in juweeltjes van beeldspraak als we are birds of a feather en I never promised you a rose garden. De invloeden van het Diepe Zuiden komen terug in het bijbelse ‘Gabriel’, dat uitgesmeerd over ruim zeven minuten een meesterlijke afsluiter is van Introspect.
In eerste instantie weet Introspect nauwelijks aandacht te trekken, maar als een jaar later ‘Games People Play’ als single wordt uitgebracht, rijst Souths ster tot ongekende hoogten: ‘Games People Play’ wordt in 1969 zeer terecht uitgeroepen tot Song of the Year. De daaropvolgende jaren werkt South in de studio aan een oeuvre van vier lp’s en dompelt zich onder in drugs. Uiteenlopende artiesten als The Osmonds, Elvis Presley en Deep Purple scoren in de begin jaren zeventig grote hits met nummers van South, met als grootste de miljoenenhit van Lynn Anderson, ‘Rose Garden’. Joe Souths drugsgebruik weerhoudt hem echter van een definitieve doorbraak en in 1971 stort hij volledig in. Hij verdwijnt naar de jungle van Hawaii en zal in 1975 terugkeren naar de Atlanta om zijn laatste plaat op te nemen, Midnight Rainbows. En dan, dan verdwijnt Joe South voorgoed van het podium.
Op 5 september 2012 overlijdt hij, 72 jaar oud.

All My Hard Times / Rose Garden / Mirror Of Your Mind / Redneck / Don’t Throw Your Love To The Wind / The Greatest Love / Games People Play / These Are Not My People / Don’t Be Ashamed / Birds Of A Feather / Gabriel

Geen opmerkingen:

Een reactie posten