
In
januari 2007 verschijnt de verrassende comebackplaat van America.
Verrassend, omdat Here And Now geproduceerd is door James Iha
(Smashing Pumpkins) en Adam Schlesinger (Fountains Of Wayne) en
bijdragen kent van Jim James (My Morning Jacket) en Ryan Adams. Maar
dat niet alleen; een van de hoogtepunten op de cd is ‘Indian
Summer’, een cover van een door een volslagen onbekende band
geschreven nummer. Die band is Maplewood, uit Brooklyn, New York.
Opgericht in de verwarrende maanden na 11 september door muzikanten
uit Maki & The Comas, Champale, Koester en Nada Surf, keert
Maplewood muzikaal terug naar de onschuldige tijden van laidback-rock
en Westcoast-countryrock. Het begint als een grap als de
songschrijvers Mark Rozzo (zang, toetsen, akoestische en elektrische
gitaar) en Steve Koester (zang, toetsen, akoestische en elektrische
gitaar) songtitels als ‘Indian Summer’ en ‘Morning Star’
bedenken, terwijl de liedjes nog niet geschreven zijn. Samen met
Craig Schoen (zang, akoestische en elektrische gitaar), Ira Elliot
(drums) en Jude Webre (bas, Wurlitzer) en met een voorliefde voor de
muziek van Flying Burrito Brothers, The Byrds, Poco en America worden
die liedjes werkelijkheid. In de huisstudio in Brooklyn, de
Rustysoundshack, neemt het zestal gedurende de periode van 2001 tot
halverwege 2003 meer dan een dozijn in klassieke countryrock
ondergedompelde songs op, zeer royaal voorzien van superieure
meerstemmige zang. Als het publiek tijdens de spaarzame concerten
Maplewoods feelgood-muziek enorm blijkt te waarderen, is de logische
volgende stap een release van het uit een grap ontstane materiaal.
Maplewoods gelijknamige debuut, uitgebracht op 7 september 2004,
vangt aan met de heerlijkheid van ‘Indian Summer’, een en al
driestemmige zang, rinkelende twaalfsnarige akoestische gitaren en
zachte, rondzoemende elektrische. Hoewel opgenomen in New York tovert
Maplewood moeiteloos gouden stranden, schaduwrijke canyons en
verlaten woestijnwegen voor het geestesoog. Dit is de retro-variant
van de pure Zuid-Californische countryrock. Maar er komt meer
voorbij; ‘Darlene’ klinkt als R.E.M. ten tijde van Chronic
Town, ‘Bright Eyes’ trapt af als een soulvolle Lambchop en
het fenomenale ‘Morning Star’ klinkt met zijn dubbelloops
elektrische gitaren als Teenage Fanclub in zijn hoogtijdagen. ‘Sea
Horse’ en ‘Little Dreamer Girl’ drijven volledig op zijdezachte
harmoniezang en de America-associatie, terwijl in ‘Santa Fe’ en
‘Desert Queen’ het woestijnzand denkbeeldig schuurt. Het meest
psychedelisch – in de zin van cosmische cowboys – is Maplewood in
‘Think It Through’, dat klinkt als Moby Grape’s ‘8:05’, en
in ‘Be My Friend’, dat genoeglijk aanschuurt tegen The Byrds’
‘Wasn’t Born To Follow’. Hoewel Maplewood zich enerzijds
volledig op de mellow countryrock van weleer richt, is het anderzijds
de veelzijdigheid, de akelige perfecte uitvoering en de fantasie om
volledig op te gaan in een gedateerd genre dat respect afdwingt.
Waarmee Maplewood als een obscure retro-klassieker kan worden
gecatalogiseerd.
Indian
Summer / Darlene / Gemini On The Way / Little Dreamer Girl / Santa Fe
/ Be My Friend / Bright Eyes / Morning Star / Sea Horse / Poconos /
Carolina Jasmine / Desert Queen
Geen opmerkingen:
Een reactie posten