zaterdag 11 augustus 2012

Raspberries | Side Three

In 1976 heeft Eric Carmen zijn wereldwijde hit met All By Myself. Een toepasselijke titel voor de overambitieuze Carmen die alleen op zichzelf vertrouwt. Gedurende zijn muzikale carrière heeft de gewiekste Carmen meer aandacht voor het zorgvuldig opbouwen van zijn imago dan voor zijn muzikale kwaliteiten. Zijn solo-carrière ontwikkelt zich dan ook in de richting van een bedenkelijk niveau; à la Barry Manilow. In de jaren tachtig en daarna valt rijkdom en succes hem ten deel door zijn bijdragen aan soundtracks van succesvolle films als Dirty Dancing en Footloose en omdat nota bene Celine Dion opnieuw een wereldhit heeft met All By Myself. Maar ooit was het anders. Diezelfde tomeloze ambitie maakte Eric Carmen in de begin jaren zeventig zanger, toetsenist, gitarist, componist en bandleider van een anachronistische powerpopband: Raspberries.
Raspberries werd in 1970 in Cleveland, Ohio opgericht door Eric Carmen (zang, gitaar, bas), Wally Bryson (gitaar), Jim Bonfanti (drums) en John Aleksic, die al snel vervangen zal worden door Dave Smalley (bas, slaggitaar). Met hun korte haar, gladde koppies en identieke witte pakken wijken de Raspberries sterk af van de heersende trend van lang haar en royale gezichtsbeharing. Ook muzikaal is de op de leest van The Beatles, The Beach Boys en The Left Banke geschoeide drie-minutenpop van de Raspberries nogal afwijkend van de norm van ellenlange gitaarsolo’s, keyboard-gefreak en richtingsloze prog-rock. Carmens persoonlijke visie – waarvoor hij de Raspberries als vehikel gebruikt – bezorgt de band een teenybopperstatus en trekt grote hoeveelheden meisjes naar de live-optredens. Begin 1972 komt Raspberries onder de hoede van producer en manipulator Jimmy Ienner, die de band weet onder te brengen bij Capitol Records. In 1973 heeft Raspberries twee lp’s op zijn naam staan en drie mega singlehits, maar de pers en het volwassen en lp-kopende publiek neemt de band niet serieus. Tijdens optredens met Iggy Pop en Kiss worden de bandleden uitgefloten en met eieren bekogeld. De spanningen in de band nemen toe, temeer daar Carmen zich als alleenheerser ontpopt. Hij eist van de bandleden dat ze dezelfde hooggehakte schoenen dragen als hij en verbiedt snorren, baarden en lang haar.
Het imago van op de British Invasion gebaseerde lichtgewicht-pop in combinatie met de uniforme witte kostuums gaat echter in de prullenmand als Raspberries uit het voorprogramma van de Amerikaanse tournee van The Hollies wordt geschrapt. The Hollies vatten de witte pakken en de geadopteerde Merseybeatsound op als een belediging: exit Rasberries.
Na heftige ruzies en bezinning geeft Carmen toe aan de overige bandleden; het roer gaat om. In afzondering werkt Raspberries aan een nieuwe sound die meer in overeenstemming is met de tijdgeest. Ten huize van Jimmy Ienner werkt de band aan een nieuw repertoire dat ruiger, flitsender en geënt is op de frenetieke sound van The Who en The Small Faces. Het eerste resultaat van de opnamen die onder leiding van technicus Shelly Yakus in de Record Plant studio’s in New York plaatsvinden, is de single Tonight. Tonight is een explosief nummer met heftig drumwerk waarin Carmen met soulvolle stem Steve Marriott naar de kroon steekt, en dat bovendien wordt aangedreven door soepele gitaarriffs en een pakkend refrein. Rasberries nieuwe stijl is opwindend en flashy, hetgeen bevestigd wordt door Side Three dat in augustus ’73 in de winkels ligt. De hoes van Side Three is een uiterst origineel ontwerp en heeft de vorm van een openklapbare doos frambozen. De inhoud is al even opmerkelijk want Side Three bevat een dosis hoogst energieke rock ‘n’ roll, gemodelleerd naar The Who – vooral vanwege de Keith Moon-roffels –, Free en Humble Pie. Op Side Three handhaaft Raspberries bovendien de voor de groep kenmerkende pop-sensibility wat leidt tot een aantal drieminutenplus juweeltjes. De composities zijn verdeeld over Carmen, Bryson en Smalley, wiens bijdrage Should I Wait een subtiel folkrock-nummer is met een klassiek en catchy refrein. Wally Brysons composities, waaronder Money Down, zijn verdienstelijk, maar Bryson valt het meest op door zijn vuige en strakke gitaarspel. Eric Carmens nummers vormen echter de talloze hoogtepunten van Side Three. I’m A Rocker is een rock ‘n’ roll stomper met logge gitaarriffs van Bryson, Ecstacy is een bijna perfecte popsingle evenals het machtige Tonight. Het hoogtepunt is niettemin Carmens On The Beach, een dramatisch en majestueus lied dat tegelijk melancholiek en hoopgevend is. On The Beach is niets minder dan een perfecte popsong, dat bovendien naar het eind gebracht wordt met een zeer fraai coda. Side Three is daarmee een klassieker in het powerpopgenre en Raspberries’ zoete wraak op alle criticasters.
Side Three is echter ook de plaat die een schisma teweegbrengt. Openlijke ruzie’s en tegenvallende verkopen doet Raspberries uiteenvallen, alleen Carmen en Bryson blijven over. In een nieuwe samenstelling maakt Raspberries nog het ironisch getitelde en fraaie Starting Over, maar dan, in juni 1975, is de verwijdering tussen Carmen en Bryson definitief. Rasberries maakte vier uitstekende platen en leverde een cruciale bijdrage in het definiëren van het powerpopgenre. Samen met Big Star, Flamin’ Groovies en Badfinger behoort Raspberries tot de canon van de powerpop.

Tonight / Last Dance / Making It Easy / Hard To Get Over A Heartbreak / I’m A Rocker / Should I Wait / Ecstacy / Money Down

Geen opmerkingen:

Een reactie posten