woensdag 30 januari 2013

Skooshny | Even My Eyes


Dat Skooshny onbekend, onbemind en ondergewaardeerd is, ligt vooral aan de bandleden zelf. In 1970 ontmoet muzikaal mastermind en mensenschuwe kluizenaar Mark Breyer in Chicago, Illinois fotograaf en jazzdrummer David Winoground. Ze formeren een band die uiteindelijk naar Los Angeles verhuist. Aldaar ontmoet het duo in 1975 de uit Columbus, Ohio afkomstige chirurg en multi-instrumentalist Bruce Wagner. Gedrieën starten ze een project dat ze Skooshny noemen – het Russische woord voor 'saai'. Een muzikaal studioproject, want vooral Breyer wil geen live-optredens doen, en dus zal Skooshny nooit voor publiek spelen. Op het eigen Alien Records brengt Skooshny eind jaren zeventig singles en ep's uit die op goede kritieken onthaald worden, maar begin jaren tachtig gaan de drie ieder huns weegs. Zo'n tien jaar later worden Bryer, Wagner en Winoground gewaar dat hun releases in Europa collector's items zijn. Platenbaas Greg Shaw (Bomp/Voxx Records) brengt Skooshny in contact met Bill Forsyth van de legendarische Londense platenwinkel Minus Zero. Op het speciaal voor Skooshny opgerichte Minus Zero Records komt in 1991 een compilatie uit van Skooshny-materiaal. Dit minimale succes spoort het drietal aan om Skooshny een doorstart te bezorgen, wat in 1992 leidt tot een 7” met daarop vier magnifieke tracks die herinneren aan The Byrds, Love en The Left Banke, maar ook aan R.E.M., Green Pajamas en The Church. Maar Bill Forsyth wil een heel album van Skooshny.
Het drietal voegt een aantal in diverse Californische studio's opgenomen muzikale projecten tezamen, met als resultaat het onwaarschijnlijk coherente Even My Eyes. Niet alleen dat, Skooshny's eerste originele album in ruim twintig jaar is uniek en van een onnadrukkelijke schoonheid door de combinatie van zoete harmonieën, verbazingwekkende arrangementen en neo-psychedelische gitaren. Schitterende songs als 'Holy Land', 'You Can't Love Me' en 'We Share Breath' combineren folkrock, baroque-pop en jaren zeventig Westcoast en promoveren dit tot actuele jaren negentig gitaarpop. Herfstig, droef en vol verlangen klinken aldus de popsongs die uit Breyer en Wagners koker komen. Maar ook avontuurlijk: 'No Life Story' doet onwillekeurig denken aan Arthur Lee; 'Tonight' is dynamische gitaarpop met symfonische trekken; en 'Even My Eyes' is melancholiek, meeslepend en rechtstreeks afkomstig uit het popwalhalla – een klassieker. Skooshny creëert op Even My Eyes een eigen universum, dat echter in zijn bescheidenheid maar nauwelijks wordt opgemerkt. Eenzelfde lot is opvolger Water vier jaar later beschoren, waarna na zo'n 25 jaar het doek valt voor Mark Bryer, Bruce Wagner, David Winoground en het bescheiden studioproject dat Skooshny was.

Even My Eyes / Holy Land / I Never Change Mind / You Can't Love Me / Private Jokes / No Life Story / Words of War / Love's Not Impossible / We Share Breath / Science Changes Everyone / Tonight / Time Goes Fast / Holy Land (Reprise) / Clickin' My Fingers




Geen opmerkingen:

Een reactie posten